Recentelijk lekte uit dat de rechtbank Den Haag vindt dat er te veel vrouwelijke rechters zijn. Velen zullen de schouders hierover ophalen en zich afvragen wat maakt het uit. Ik kan u aangeven dat het in zedenzaken wel degelijk kan uitmaken.
Recentelijk stond ik een cliënt op hogere leeftijd bij die werd verdacht van ontucht met zijn minderjarige kleindochter. Ten eerste was deze zaak op een zeer korte termijn op zitting gezet, maar daarnaast was de man behoorlijk ziek. Ik deed gelijk een verzoek om de zaak naar een latere datum te verplaatsen, omdat ik de zaak niet goed met mijn cliënt kon voorbereiden. Let op! Voor deze delicten kun je tot 12 jaar gevangenisstraf krijgen!! Op vragen van onze secretaresses of de zaak nu wel of niet inhoudelijk zou worden behandeld, werd geen antwoord gegeven en aangegeven dat dit op de zitting zou worden beslist.
Mijn cliënt kon die dag in ieder geval vanwege zijn gezondheid niet komen. De medische informatie had ik vervolgens (keurig) vooraf aan de rechtbank gestuurd en dus gevraagd om aanhouding van de zaak.
Ik had die dag mijn (vrouwelijke) advocaat stagiaire meegenomen en toen wij de rechtszaal binnenliepen was de spanning al gelijk voelbaar. Een vrouwelijke Officier van Justitie, drie (!) vrouwelijke rechters, de mannelijke griffier zat weggedoken achter zijn scherm. Er was nog geen woord gezegd en de spanning was al om te snijden. Oeps, dacht ik gelijk, dat kon wel eens geen aanhouding worden…
De voorzitster ging gelijk over op de inhoudelijke behandeling. Toen ik haar onderbrak en vroeg of mijn verzoeken waren binnengekomen, werd ik feitelijk de mond gesnoerd en mij werd gevraagd of ik bepaaldelijk was gemachtigd om mijn cliënt te vertegenwoordigen. De sfeer ging gelijk naar min 273 graden Kelvin.
Meerdere keren werd mij gevraagd waarom mijn cliënt er niet was, maar mijn uitleg werd niet gehoord. Het leek wel of er bij een groep haaien een aangegeten zeehondje zwom. En ik moet eerlijk zeggen, dat ik mij dat zeehondje voelde.
De duizenden jaren van onderdrukking, onvrijwillige penetraties, geen verantwoordelijkheid voor vrouwen/kinderen nemende en al het andere leed dat de man de vrouw in het algemeen en (kennelijk) deze vrouwen van Justitia in het bijzonder had aangedaan, had die dag moeten worden vereffend. Ik was die dag niet alleen de advocaat van, maar ook de verdachte, de man in algemene zin en tenslotte was ik getuige van een mislukte lynch partij.
Ik voelde de blikken van mijn stagiaire in mijn rug boren en nam de toorn maar als een vent. Deze houding kwam overigens (genetisch) erg makkelijk tot mij. Waarom weet ik niet, maar het enige dat ik nog kon uitbrengen was een zin uit de film ‘A few good man’; The witness has rights your honor… Slechts hoon was mijn deel.
Toen ik de rechtszaal uitliep, keek mijn stagiaire mij aan en zei gelijk; ‘kansloos’. Ik knikte en antwoordde dat ik een hoger beroep niet op voorhand uitsloot.
U bent geïnformeerd en wellicht gewaarschuwd!
Hein Dudink/De Defensieadvocaat